Waarde superjachtbouw vaak onderschat
Wat is de positie van de superjachtbouw in de brede maritieme sector? Hein Velema, partner van Marstrat, en Jan-Bart Verkuyl, CEO Royal van Lent (Feadship) blikken kort terug én vooruit.
MARSTRAT IN GESPREK MET Jan-Bart Verkuyl (Feadship)
Feadship bouwt – op verzoek van klanten – steeds grotere jachten: de lengte is in de afgelopen tien jaar verdubbeld, het volume zelfs vervijfvoudigd. De toegenomen complexiteit in de engineering en bouw vraagt nog meer om een professionele en efficiënte organisatie die jachten winstgevend kan bouwen. Een andere belangrijke ontwikkeling van het afgelopen decennium is verduurzaming. Feadship heeft een ambitieus doel: in 2030 moeten alle nieuw gebouwde jachten uitstootvrij zijn.
Jan-Bart Verkuyl, CEO Royal van Lent (Feadship), kan met trots zeggen dat de superjachtbouw is uitgegroeid tot de grootste sector in de maritieme maakindustrie, groter dan de offshore en de baggerindustrie. De economische en innovatieve waarde van de superjachtbouw wordt echter vaak onderschat, door de brede sector en de overheid. Het imago helpt niet, stelt Verkuyl. ‘Ik hoor nog vaak dat wij jongens zijn die drijvende paleizen bouwen voor de rijksten der aarde.’
Hein Velema, partner van Marstrat, stelt dat de superjachtbouw lange tijd een eigen positie innam in de maritieme sector. Hij ziet wel een kentering. ‘De bouwers van superjachten worden meer serieus genomen. Qua omzet is de jachtbouw het grootste segment in de Nederlandse scheepsbouw. Maar dat niet alleen: de sector draagt bij aan de innovatiekracht van de brede maritieme sector.’
Formule 1 van de maakindustrie
Dat beaamt Verkuyl. Volgens hem is Feadship de Formule 1 van de maritieme maakindustrie. Innovaties in design (zoals meer glas in het jacht om dicht bij het water te zijn) en in verduurzaming (varen op waterstof) komen uit de koker van de superjachtbouwer. Daarmee helpt Feadship – dat elk jacht als prototype bouwt – de brede maritieme sector vooruit. ‘We zijn een proeftuin van nieuwe technologie. Wij bouwen in grote volumes, daardoor kunnen we meer investeren in innovaties. Andere bedrijven liften mee.’
Een voorbeeld: in Noorwegen varen twee ferry’s op waterstof, met dank aan de techniek die Feadship voor een jacht ontwikkelde. ‘We willen verduurzamen met een schone vloot. In 2025 leverden we onze eerste jacht af voortgedreven door waterstof. We hebben voor deze techniek niet alle kennis in huis. We regisseren die ontwikkeling wel door een programma met meerdere partners op touw te zetten. Die innovatie, en de lessen die wij leren, komt de brede maritieme sector ten goede. Je hebt daarvoor de goede houding nodig: dat je elkaar successen gunt.’
Samenwerking werven
Volgens Verkuyl biedt goede samenwerking in de sector meer kansen. Zo zouden werven in de superjachtbouw kunnen samenwerken om technische innovaties toe te passen. Een voorbeeld. ‘Er is een motor ontwikkeld die zowel op diesel als op methanol kan varen. Die motor moet voor onze jachten worden aangepast. Voor een motorleverancier is het niet interessant dat alleen voor Feadship te doen. Als we als werven samen optrekken, kunnen we het de leverancier wel vragen de motor aan te passen.’
Investeren in vakmensen
Verkuyl stelt dat Feadship niet alleen in technologische innovaties investeert, maar ook in de kennis en ontwikkeling van 2500 medewerkers. De superjachtbouwer heeft een eigen Academy. ‘Dat vergeten mensen vaak die roepen dat wij alleen drijvende paleizen voor de rijken bouwen. We bieden in ons land veel werkgelegenheid en steken veel energie in de ontwikkeling van onze vakmensen. Dat vinden wij heel belangrijk: we willen elke droom van een klant kunnen bouwen. En ja, daar profiteert de brede sector van. Onze mensen stappen over naar andere banen in de sector.’
Volgens Velema van Marstrat draagt de superjachtbouw op deze manier bij aan een gezond maritiem cluster. Bedrijven in de maritieme sector zitten altijd te springen om goed opgeleide vakmensen. ‘Een bedrijf als Feadship speelt een actieve rol in het opleiden van die mensen. Dat is waardevol, voor de héle sector.’
Samenwerking is een belangrijk thema, in Nederland, maar ook over de grenzen. Als lid van de internationale maritieme brancheorganisatie SYBAss werkt Feadship samen met andere Nederlandse en Europese jachtbouwers. De activiteiten zijn niet concurrerend voor de bedrijven onderling. Verkuyl: ‘Zo staan we samen voor goede regelgeving voor de superjachtbouw en maken we samen goede afspraken tijdens beurzen. Samenwerking op het gebied van technische innovaties met andere segmenten in het maritieme cluster gebeurt niet of mondjesmaat. Daar liggen wat mij betreft kansen.’
Subsidies voor innovaties
In Nederland zou de superjachtbouw – met steun van brancheorganisatie NMT-IRO – meer een vuist moeten maken tegen de overheid, vindt Verkuyl. Daar is Velema het roerend mee eens. Opvallend genoeg kan de superjachtbouw – die een grote bijdrage aan de maritieme sector en de Nederlandse economie levert – nauwelijks of geen gebruikmaken van subsidies en regelingen voor innovaties. Verkuyl: ‘Wellicht dat het hardnekkige imago ons hierin ook parten speelt. Het sentiment dat bij de overheid leeft, is niet terecht. We versterken juist de hele sector en laten kansen voor de brede maritieme sector liggen.’
Boodschap
De boodschap van Verkuyl van Feadship aan de sector en de overheid is duidelijk. Erken de waarde van de superjachtbouw. Benut het volume en de innovatieve kracht van de superjachtbouwers en werk beter samen. ‘Zodat de hele sector meer rendabel wordt. De Nederlandse maritieme industrie verdient dat.’ Velema van Marstrat benadrukt nog eens: ‘Het belang van de superjachtbouw wordt nog te vaak onderschat. Daarmee missen we kansen om de hele sector te versterken.’
Photo credit: Feadship